Zo’n zestien jaar geleden, in een vorig leven, is het begonnen. Ik was nog niet op de hoogte van het bestaan van mijn man, laat staan dat ik er kinderen mee had. Ik was net afgestudeerd, net bezig in mijn eerste baan. Toen begon ik met een hobby die serieuze vormen aan zou gaan nemen: goochelen met zon, maan en planeten. De materie boeide me dermate dat ik er in een opleiding in ging volgen, maar door diverse omstandigheden brak ik die halverwege af. Na twee verhuizingen, drie banen, een bruiloft en een baby pakte ik de opleiding echter elders toch weer op. En het was net of er ergens van binnen een schakelaar werd omgezet: AAN.
Wat vond ik het toch heerlijk om er weer mee bezig te zijn! Ik trok lijntjes tussen symbolen, las theorie en mythen, en tussendoor begroef ik me in andere boeken. Want lezen, dat is een hobby die ik al heb sinds ik de blokboekjes in de eerste klas voor mijn neus kreeg. Verschillende genres kwamen - en komen - aan bod waaronder ook de befaamde boeken over de tovenaarsleerling. Op het kraambed van baby nummer twee stuurde ik manlief naar de boekhandel om het gereserveerde exemplaar van het nieuwe deel op te halen. Ik lag nou toch in bed. En toen was het boek uit en ging ik weer met planeten en graden stoeien. En met de kinderen, uiteraard.
Nog een baby en jaren later had ik eindelijk alle onderdelen van de opleiding gevolgd en was het tijd om deze af te ronden. Door omstandigheden van juf was dat weer elders - en ik hoorde van juf nummer drie dat na het lopende jaar de exameneisen drastisch zouden veranderen. Het was dus zaak om voort te maken. En dat deed ik. Tekenen van symbolen en lijntjes, vertalen naar lappen tekst. Denken het volgende onderdeel heel snel af te maken en dan gedwongen zijn rust te nemen. Wachten op antwoord van de juf drie terwijl die je mail over het hoofd ziet. Het mondeling examen op de valreep zien te halen.
En ondertussen lonkte ik naar die zeven boeken op de plank. Want het was alweer jaren geleden dat ik ze gelezen had. Ze knipoogden ook terug - en ik nam me voor: tijdens die vakantie heb ik mijn diploma - of niet!, maar dan ga ik ze weer lezen.
Ik haalde mijn diploma. Net op tijd. En toen begon ik aan mijn hernieuwde kennismaking met oude - nou ja, jonge vrienden: Harry Potter en consorten. En ieder deel was weer nog spannender dan het vorige. Nu is het laatste deel weer uit. Harry heeft gewonnen. Alles is goed.
En ik? Ik begraaf me in de astrologische gegevens van mijn nieuwe cliënt. Ik heb mijn diploma. Alles is goed.