Achter in de prachtige beeldentuin van "de Eikelhof" zaten Hein en Toos te genieten van het lekkere winterzonnetje dat fraaie accenten legde op de mooie wintertuin. Ze hadden intussen de hele winkel van Eikelhof al door "doorgeworsteld". Hein had ingeschat dat dit ongeveer een half uur in beslag zou nemen terwijl Toos vooraf gerekend had op minstens anderhalf uur. En zoals altijd , Toos had weer gelijk gekregen. Hein gaf dit maar al te graag toe want ook hij had echt genoten van de prachtige dingen die er te zien waren. "Tjonge" zei Hein, "wat een prachtige collectie van antieke spullen, en dat allemaal in en om onze vroegere kleuterschool."
Vanaf het bankje waar ze op zaten, konden ze door de kale struiken, de omgeving buiten de tuin mooi overzien. De Antoniusschool, de boerderij van "de Schriever", de boerderij van Kloosterman, en ook de duiker van de waterleiding onder de spoorlijn door was in beeld. Dat was ook de plek waar in de tweede wereldoorlog de beschoten trein met vluchtelingen uit Limburg tot stilstand kwam. Hein meende zich te herinneren dat er vroeger achter de afrastering van het weiland een smal paadje liep. Hij wist niet zeker of dat paadje ooit doorliep tot aan de spoorwegovergang die nabij Kloosterman heeft gelegen. Dat was dezelfde spoorwegovergang waarvoor in de eerste jaren na de oorlog vooral "Zwiers Gait" zich sterk maakte om deze weer in ere te herstellen. Het was immers voor "de mensen van de Raams" altijd een hele omweg om vanaf de Raams via de Schoonhetenseweg naar Mariënheem te komen.
Bij de zomerdag kropen de schoolkinderen van en naar school, vaak over of door die duiker, om dan aan de andere kant van de spoorlijn dwars door de weilanden naar de Raamsweg te lopen. Als je pech had werd je aan het schrikken gemaakt door "Koggels Gait", want die was niet zo blij met al die kinderen op zijn "stropers terrein". De spoorsloot en de houtsingeltjes langs de wei- en bouwlanden waren ideale plekken voor Gait, om een konijntje te strikken. Ook de struiken langs het paadje dat vanaf "Janna van de Baggatelle" (nu Huisman) via Koolhof naar Wippert en v.d. Hulst liep, werden nogal eens rijkelijk voorzien van de strikken van Gait. Datzelfde paadje is later uitgegroeid tot wat nu de "De Jongstraat" is geworden.
Janna had een aandoening aan haar rug en liep daardoor altijd krom voorover. Bij Janna kon je best een appeltje krijgen, en soms wel twee, maar o wee als je er eentje probeerde te pikken! Ze kon je dan met een mooi praatje naar zich toe lokken, om je dan vervolgens ongenadig met de haar stok voor je billen te geven. Dat was Janna
Hein keek nog eens om zich heen, zuchtte diep en zei "Ja Toos wat zal dat in de toekomst toch saai worden als al deze mooie herinneringen aan het dagelijkse leven in Marienheem verloren zijn gegaan omdat niemand ze nog kent. Niemand kan zich straks nog herinneren wie Janna was of hoe de hele buurt meehielp als Koggels Gait zich voor de jachtopziener moest verstoppen."
"Ho ho", zei Toos "wat denk je van ons mooie Marienheemse boek? Veel van van dit soort dagelijkse dingen zijn terug te vinden in het boek 'Marienheem 75 jaar'. Maar je hebt gelijk, als ze niet opgeschreven waren zouden al die herinneringen ongetwijfeld verloren zijn gegaan in de computer gestuurde romantiek van deze tijd."